Join thousands of book lovers
Sign up to our newsletter and receive discounts and inspiration for your next reading experience.
By signing up, you agree to our Privacy Policy.You can, at any time, unsubscribe from our newsletters.
De invoering van de nieuwe Zorgverzekeringswet in 2006 betekende een drastische wijziging van het zorgstelsel in Nederland. Twee jaar later kan worden gesteld dat deze operatie geen grote problemen heeft opgeleverd. De betaalbaarheid van de zorg is gehandhaafd en tegelijkertijd is de toegankelijkheid van de zorg voor eenieder gewaarborgd. Inmiddels is de regelgeving op een aantal punten aangepast. Deze tweede, herziene druk van De Zorgverzekeringswet en de Wet op de zorgtoeslag biedt een geheel geactualiseerd overzicht van de wordingsgeschiedenis, het juridische instrumentarium en het juridisch kader van de Zorgverzekeringswet. De meest ingrijpende amendementen van de zorgverzekeringswet en de Wet op de zorgtoeslag worden besproken. Daarnaast komen alle actuele wijzigingen en aanvullingen in de regelgeving aan bod en wordt uitvoerig ingegaan op aanverwante wetgeving, zoals de Wet marktordening gezondheidszorg, de Wet op het financieel toezicht en de Wet maatschappelijke ondersteuning.
Dit boek vormt een (twee)eenheid met `Dement: zo gek nog niet¿. Het gaat vooral in op de impact van de inhoud daarvan op verzorgenden en op ieder die in nauw contact treedt met mensen met dementie en hun familie. Het is met name die nabijheid die van verstrekkende betekenis is voor allen die bij met name die nabijheid die van verstrekkende betekenis is voor allen die bij het zorgproces betrokken zijn.In dit boek wordt geprobeerd inzicht te verschaffen in de themäs die de kwaliteit van dat contact bepalen. Beter inzicht in wat er bij alle `partijen¿ speelt, maakt het mogelijk dat momenten van contact in het werk uitgroeien tot een betere communicatie. Maar ook tot even zo vele ontmoetingen die de lijdensdruk van mensen met dementie en hun familie verlichten.In dit boek worden themäs uitgewerkt zoals: adoptie, (tegen)overdracht intimiteit en seksualiteit, (on)macht en agressief gedrag.
Dit boek bevat een aantal concrete handvatten die zowel voor beleidsmakers en medewerkers van gemeentelijke loketten als voor indicatie- en ouderenadviseurs van belang zijn. Warner Deelstra legt hierbij steeds de vinger op het belangrijke evenwicht tussen kostenbeheersing en optimalisatie van kwaliteit. Immers, in het begin van de Wmo ging het nog vooral om de prijs, maar inmiddels gaat de aandacht vooral uit naar wat eigenlijk de kwaliteit van de huishoudelijke verzorging zou moeten zijn.In dit boek leest u onder meer over: ¿ de betekenis van huishoudelijk werk;¿ het belang van doelgericht methodisch verantwoord werken;¿ de signaleringsfunctie;¿ de indicatiestelling;¿ de opleidingseisen t.a.v. huishoudelijke medewerkers en indicatiestellers
Al geruime tijd is het beleid van de overheid erop gericht de samenwerking in de zorg te bevorderen. Dit beleid heeft zijn vruchten afgeworpen: inmiddels zijn rond de 2000 praktijken (40% van de Nederlandse praktijken) aan te merken als samenwerkingspraktijk: meer dan één bevoegde tandarts werkt er samen met een wisselend aantal mondhygiënisten, assistenten en andere medewerkers. Als deze trend zich voortzet, zal het aantal samenwerkingspraktijken met 1% per jaar toenemen.Tegelijkertijd is er weinig bekend over samenwerking in de mondzorg. Het boek Samenwerken in de mondzorg brengt daar verandering in door de processen en achtergronden van samenwerking in de zorg vanuit verschillende invalshoeken te beschrijven. Het laat zien dat er verschillende invullingen van het begrip 'samenwerken' zijn.In de hoofdstukken over doelen, sociaalpsychologische aspecten, financiering en communicatie (ICT) wordt uitgelegd hoe men in de tandartspraktijk vorm aan samenwerking kan geven. Het boek besteedt ook aandacht aan de taakverdeling binnen de samenwerking, onder meer in het hoofdstuk over de juridische aspecten van samenwerken. Dat het soms moeilijk is om theorieën in de dagelijkse praktijk toe te passen, komt naar voren in de praktijkvoorbeelden in dit boek. Verschillende aspecten van samenwerking lopen al snel door elkaar heen.Samenwerken in de mondzorg is een praktische handleiding voor de tandarts, de mondhygiëniste en de tandartsassistente. Het boek geeft heldere informatie over het belang van samenwerking, de werkingsprincipes ervan en over optimalisatie van samenwerking in de beroepspraktijk.
Leerling Leerkracht Relatie Vragenlijst - LLRV Een goede relatie tussen leerling en leerkracht draagt positief bij aan het welbevinden, de leerprestaties en het sociale functioneren van een leerling en is de basis van waaruit de leerkracht de sociale en cognitieve ontwikkeling van de leerling bevordert. Met behulp van de LLRV kunnen leerling-leerkrachtrelaties worden opgespoord waarbij interventie en ondersteuning nodig is. Dit is van belang als een kind problemen vertoont in de klas. Problemen kunnen in een aantal gevallen mede veroorzaakt worden door een niet optimale relatie. Maar ook als de problemen van een kind hier los van staan, kan een goede relatie met de leerkracht een gunstige uitgangssituatie bieden voor begeleiding of behandeling. Een slechte relatie daarentegen kan de problemen juist verergeren. Aan de hand van de uitslag van de LLRV wordt duidelijk waar de sterke en zwakke punten zitten in de relatie met de leerkracht en op welke punten dus verbetering mogelijk is. De LLRV is een zelfrapportage-instrument bestaande uit 28 items met een 5-puntsschaal waarmee de perceptie van de leerkracht van zijn relatie met een individuele leerling in kaart wordt gebracht in termen van drie relatiedimensies. Dit komt tot uiting in de subschalen: § Conflict § Nabijheid § Afhankelijkheid De afnameduur bedraagt 5 tot 10 minuten. De LLRV heeft goede psychometrische kwaliteiten en is genormeerd voor kinderen in de leeftijd van 3 tot en met 12 jaar. De LLRV staat op de lijst van de Landelijke Commissie Toezicht Indicatiestelling (LCTI). De LLRV kunt u via www.testweb.bsl.nl digitaal afnemen, scoren en interpreteren. Maar dit is ook mogelijk met behulp van een papieren vragenlijst. De LLRV is ontwikkeld door Helma Koomen, Karine Verschuren en Robert Pianta.
Stoornisgerichte en protocollaire behandelingen maken al geruime tijd een duidelijke opgang in de psychotherapeutische hulpverlening. In deze vormen van behandeling staat de toepassing van specifieke, vaak goed onderzochte behandelprocedures centraal. In Motiveringsstrategieën in de ambulante psychotherapie wordt het belang van aangetoonde effectieve behandelprocedures onderschreven, maar wordt tevens benadrukt dat het de patiënten zelf zijn die met die procedures veranderingen bij zichzelf moeten bewerkstelligen. Behandelprocedures moeten daarom niet alleen worden uitgelegd maar ook acceptabel en wenselijk worden gemaakt. Patiënten moeten ontvankelijk worden gemaakt voor de effecten ervan en in staat worden gesteld om deze effecten als tekenen van verandering, vooruitgang of controle te accepteren. Van de kant van de therapeut vereist dit deskundigheid, fijngevoeligheid en empathie.Aan de orde komen motiveringsstrategieën in de voorbereidingsfase, activeringsfase en volhardingsfase. De hoofdstukken gaan onder meer in op empathie, omgangsstijl, behandelrationale, contextwijzigingen, activering, voorspellingen, huiswerkopdrachten en afsluiting van de behandeling.Dit boek maakt deel uit van de reeks Psychotherapie in praktijk. Elk deel in deze reeks bevat gevalsbeschrijvingen en biedt de lezer zo een kijkje in de spreekkamer van een collega-behandelaar.
Graded activity beschrijft een gedragsgeoriënteerde behandeling die de kwaliteit van het leven van een (te) grote groep mensen met chronische pijn kan verbeteren. De hulpverlener leert om de cliënt te motiveren tot gedragsverandering en de cliënt leert om te gaan met de problematiek van zijn klachten. Deze gezamenlijke werkwijze is er dus op gericht dat zowel de hulpverlener als de cliënt zijn verantwoordelijkheid neemt.Het boek bestaat uit twee delen. In het eerste deel wordt de achterliggende theorie beschreven. Tussen deel 1 en 2 worden twee casussen behandeld die bij de praktische uitwerking van graded activity gebruikt worden. In het tweede deel wordt stapsgewijs de behandelmethode graded activity besproken. De theorie wordt aangevuld met uitgewerkte praktijkvoorbeelden.
Conflicten vormen een breed maatschappelijk verschijnsel. Meer dan vroeger ontstaan er in onze huidige samenleving tegenstellingen in visies en belangen. Het is daardoor niet verwonderlijk dat je het onderwerp 'conflicthantering' steeds vaker tegenkomt in de curricula van hböinstellingen en universiteiten.Deze vijfde druk van het Trainingsboek conflicthantering en mediation is in opzet gelijk aan de vorige druk. Maar doordat het communicatieperspectief steeds belangrijker is geworden in de conflictliteratuur, heeft dit nu meer aandacht gekregen. Dat geldt ook voor mediation, een vorm van conflictinterventie door een derde partij, die sterk in de belangstelling is komen te staan.
De grote hausse aan niet-Europese adoptiekinderen kwam in 1970 op gang. Al na tien jaar werd duidelijk dat deze adopties weliswaar meestal succesvol verliepen, maar dat er voor een kwart van het aantal geadopteerden en hun gezinnen toch ook ernstige en vaak onoplosbare problemen door ontstonden. Verschillende instanties en personen hebben daarna van alles ondernomen om adoptiegezinnen steun te bieden en hun omstandigheden te verbeteren. Het resultaat van al die inspanningen zou merkbaar moeten zijn bij de volgende generatie die rond 1995 kinderen adopteerde. Hans Walenkamp heeft uitgezocht of dat inderdaad zo is. Hij heeft diepgaand en zeer invoelend gesproken met tien echtparen waarbij adoptie in de jaren zeventig op een mislukking is uitgelopen. Ter vergelijking en even indringend heeft hij twintig adoptie-echtparen van de tweede generatie geïnterviewd. De vraag is natuurlijk of die tweede generatie iets heeft opgestoken van de eerste. Hans Walenkamp bedrijft met dit boek geen wetenschap, maar wat hij wel doet is minstens zo waardevol. Hij brengt zijn gedachtes en opvattingen als ervaringsdeskundige in contact met de adoptiepraktijk van de afgelopen vier decennia. Hij verschaft de lezer een soms confronterende kijk in het privéleven van adoptiegezinnen. En hij onderzoekt of en in hoeverre adoptieouderschap verschilt van gewoon ouderschap en of adoptie voor doorsnee ouders eigenlijk wel te doen is. Pasklare antwoorden geeft hij niet, maar bepaalde tendensen en ontwikkelingsmogelijkheden zijn wel degelijk aanwijsbaar.
Waar kan ik relevante wetenschappelijke informatie vinden en hoe moet ik deze bevindingen beoordelen op hun relevantie?Hoe vind ik het? biedt fysiotherapeuten (in opleiding) een eerste kennismaking met het zoeken en interpreteren van vakliteratuur, met name toegespitst op onderzoekesliteratuur.Veel aandacht wordt hierbij besteed aan het internet als informatiebron. Daarnaast wordt het opzetten en uitvoeren van onderzoek gedegen behandeld.De auteurs hebben zich gericht op een zo praktisch mogelijke weergave van de materie en gevem waar ,mogelijk relevante websites aan. Aan de hand van talrijke praktijkvoorbeelden zijn verschillende soorten onderzoek uitgewerkt. Elk hoofdstuk wordt voorafgegaan door doelstellingen en afgesloten met of meerdere opdrachten, wat het boek zeer geschikt maakt voor zelfstudie.De auteurs hebben zich gericht op een zo praktisch mogelijke weergave van de materie en gevem waar ,mogelijk relevante websites aan. Aan de hand van talrijke praktijkvoorbeelden zijn verschillende soorten onderzoek uitgewerkt. Elk hoofdstuk wordt voorafgegaan door doelstellingen en afgesloten met of meerdere opdrachten, wat het boek zeer geschikt maakt voor zelfstudie.De vele veranderingen rondom internet maakten deze herziening noodzakelijk. Bovendien is een hoofdstuk over cohortonderzoek toegevoegd en is een compleet nieuwe bijlage opgenomen met een samenvatting over het zoeken naar informatie op PubMed.
Voorlichting geven aan patiënten is een belangrijke taak binnen de gezondheidszorg. De opkomst van internet heeft het karakter van de voorlichting drastisch veranderd. Het studieboek Patiëntenvoorlichting en mondgezondheid is daarom volledig herzien en geactualiseerd. In deze nieuwe uitgave komt de rol van internet bij patiëntenvoorlichting uitgebreid aan bod.Patiëntenvoorlichting en mondgezondheid biedt een pragmatisch overzicht van situaties op het gebied van patiëntenvoorlichting uit de tandheelkundige praktijk. Aan de hand van patiëntengeschiedenissen en brieven worden diverse ervaringen en vragen behandeld. Het boek koppelt zo op heldere wijze theorie en praktijk van patiëntenvoorlichting.Het boek bestaat uit vier delen. In het eerste deel gaan de auteurs in op de maatschappelijke betekenis van voorlichting. In het tweede deel staat het onderwerp communicatie centraal: aan de orde komen gespreksvaardigheden, gespreksmodellen en non-verbaal gedrag. In het derde deel wordt ingegaan op de drie kernelementen van patiëntenvoorlichting: de informatie aan patiënten, de instructie en de begeleiding. In het vierde deel gaan de auteurs in op de relatie tussen voorlichting en massamedia. Het boek wordt afgesloten met enige ethische kanttekeningen en vraagstellingen. Ter verheldering is een korte verklarende lijst met tandheelkundige begrippen toegevoegd.Patiëntenvoorlichting en mondgezondheid is in eerste instantie bestemd voor mondhygiënisten en tandartsen. Maar het boek is ook uiterst nuttig voor mensen die werkzaam zijn binnen andere disciplines in de gezondheidszorg of op het gebied van voorlichtingskunde. Patiëntenvoorlichting en mondgezondheid is in eerste instantie bestemd voor mondhygiënisten en tandartsen. Maar het boek is ook uiterst nuttig voor mensen die werkzaam zijn binnen andere disciplines in de gezondheidszorg of op het gebied van voorlichtingskunde.
Al in de Oudheid zijn er voorbeelden van testonderzoek bekend. Zo beoordeelde vierduizend jaar geleden de keizer van China zijn dienaren met een soort van vorderingentoets. Op basis hiervan volgde promotie of ontslag. Pas aan het begin van de twintigste eeuw hebben tests een meer wetenschappelijke aandacht gekregen en is testonderzoek tot bloei gekomen.Dit boek, dat vooral een studieboek is, behandelt in het bijzonder de zaken op het gebied van de testtheorie die algemeen geaccepteerd zijn. Het accent ligt hierbij op gevestigde methoden en procedures. Daarbij wordt ernaar gestreefd diepgang aan helderheid te koppelen.Helderheid staat voorop in deze vierde, ingrijpend gewijzigde editie, allereerst op het gebied van het taalgebruik. Waar nodig zijn is de formulering zakelijker en bondiger gemaakt. Ingewikkelde begrippen en procedures worden meer nog dan in eerdere edities uitgelegd en verhelderd met concrete voorbeelden. Elk hoofdstuk sluit af met vragen en opdrachten, die niet alleen de beheersing van de stof toetsen, maar vooral nieuwe inzichten te ontwikkelen. Nieuw is ook de bijlage met uitleg over de belangrijkste statistische begrippen.Dit boek maakt studenten vertrouwd met de logica, de procedures en de belangrijkste begrippen van de testtheorie.
Aan de slag! is een uitgebreide handreiking voor het maken van goede opdrachten voor beroepsopleidingen. De opdrachten sluiten aan bij het leerlijnenmodel. De volgende leerlijnen komen aan bod: de stageleerlijn, de integrale leerlijn, de conceptuele leerlijn, de vaardighedenleerlijn en de studieloopbaanbegeleiding (regieleerlijn).De auteurs verhelderen wat het maken van opdrachten precies inhoudt en hoe docenten met hun opdrachten kunnen aansluiten op de dagelijkse praktijk. Ook is er aandacht voor curriculumconsistentie, de beoordeling en de examens.Aan de hand van voorbeelden uit mböopleidingen in de sector zorg en welzijn worden de adviezen gedetailleerd toegelicht. De voorbeelden zijn goed te vertalen naar andere sectoren. Handige checklists in dit boek maken het construeren en schrijven van opdrachten eenvoudiger.
Wetenschappelijke boeken over maatschappelijk werk zijn in Nederland schaars, terwijl in de Verenigde Staten en Groot-Brittanië zeer veel interessante studies over dit onderwerp gepubliceerd worden. Om hiervan ook in Nederland te kunnen profiteren, is besloten het boek Constructive Social Work. Towards a new practice van Nigel Parton en Patrick O'Byrne te vertalen.Het boek is een voorbeeld van een constructieve benadering van het maatschappelijk werk. Deze stroming is ook in Nederland de laatste jaren sterk in opgang. Met de term 'constructief willen de auteurs benadrukken dat het maatschappelijk werk in hun ogen een opbouwende activiteit is die erop gericht is mensen te helpen om opnieuw betekenis te geven aan hun leven. Deze constructieve benadering is vooral gericht op de dialoog tussen maatschappelijk werkers en hun cliënten.
Tussen hoop en vrees is een aangrijpend verhaal over de laatste levensfase van kankerpatiënten. In Nederland sterven per jaar 40.000 mensen aan kanker. In dit boek wordt beschreven wat zij meemaken.Anne-Mei The liep vijf jaar mee op een afdeling longoncologie in een academisch ziekenhuis en volgde patiënten vanaf het moment waarop ze te horen kregen ongeneeslijk ziek te zijn tot hun overlijden. Zij maakt ons deelgenoot van de gesprekken tussen arts en patiënt. Het besluit om te worden behandeld. De hoop op genezing. Hoe patiënten en dierbaren elkaar ontzien. Het contact tussen medepatiënten. En het voorbereiden op het nabije levenseinde.De rode draad door het boek is in hoeverre artsen patiënten de medische waarheid wel of niet moeten zeggen: een vraag die ons allen aangaat.Tussen hoop en vrees is de publieksuitgave van The's proefschrift.
De WTG ExPres is een wijziging van de reguliere Wet tarieven gezondheidszorg (WTG). De wijziging is nodig om een gereguleerde marktwerking binnen de gezondheidszorg te bevorderen. De WTG ExPres maakt bijvoorbeeld op maat gesneden tarieven en prestatiebekostiging mogelijk. Daarmee vormt de WTG ExPres een basis voor de invoering van DBC¿s (diagnose-behandelingcombinaties).Het tarievenstelsel in de gezondheidszorg is sterk in beweging. Zowel juristen als niet-juristen krijgen door dit boek zicht op het kader waarbinnen dit proces zich afspeelt. Aan de orde komen onder meer de reguliere WTG, de doelen en de wordingsgeschiedenis van de WTG ExPres, het juridische instrumentarium van de WTG ExPres en overige verwante wet- en regelgeving.
PathofysiologieZiekte is niets anders dan een gestoorde fysiologie. De pathofysiologie onderzoekt de mechanismen die tot deze verstoringen leiden en vormt de basis van de interne geneeskunde. Degenen die al over een behoorlijke medische kennis beschikken, kunnen kiezen uit een groot scala aan diepgaande, overzichtelijke, en omvangrijke leerboeken over interne geneeskunde waarin de pathofysiologie wordt behandeld. De meeste standaardwerken houden echter geen rekening met het kennisniveau van de beginnende student.Pathofysiologie is een toegankelijk leerboek. Het boek bevat hoofdstukken over hart, longen, nieren en het endocriene stelsel. Om deze kennis goed op te kunnen nemen, is enig begrip van de elementaire celbiologie vereist Daarom worden in het eerste hoofdstuk de genetica en het functioneren van de cel uiteengezet. Het leerboek eindigt met een introductie tot de immunologie.Deze twee leergebieden (genetica en immunologie) zullen in de nabije toekomst steeds nadrukkelijker hun stempel zetten op de medische zorg. De anatomie wordt slechts behandeld voor zover dit nodig is voor het begrip van de fysiologie.Deze twee leergebieden (genetica en immunologie) zullen in de nabije toekomst steeds nadrukkelijker hun stempel zetten op de medische zorg. De anatomie wordt slechts behandeld voor zover dit nodig is voor het begrip van de fysiologie.
Met potloden de donkere lucht licht kleuren, een gesprek voeren met een duif die al veel van de wereld heeft gezien en vriendschap sluiten met de krokodil onder het bed. 'Kinderspel' noemen wij dat. Kinderen fantaseren en spelen. Volwassenen worden verondersteld te denken en te werken vanuit een objectieve werkelijkheid. Binnen die opvatting is geen plaats voor de gedachte dat de werkelijkheid wel eens veelvormig kan zijn - dat 'echt en onecht', 'waar en onwaar' vaak een kwestie van perspectief is. Werkelijkheid wordt geconstrueerd in een web van grote en kleine, abstracte en concrete menselijke samenlevingsverbanden. Dit boek laat zien dat spelen met werkelijkheden een krachtig therapeutisch instrument is. Door middel van reflectie op praktijk en theorie worden speelse methoden voor systeemtherapeuten toegankelijk gemaakt. Het boek zet aan tot nadenken over speelsheid als therapeutische interventie en therapeutische attitude. Hierbij staat steeds de vraag centraal hoe een systeemtherapeut kan aansluiten bij de leefwereld van kinderen en jongeren.In deze bundel komen diverse systeemgeoriënteerde psychotherapeuten uit België en Nederland aan het woord. Zij werken met kinderen en jongeren, individueel, in gezins- of in groepsverband. Hun bijdragen zijn gefundeerd in de klinische praktijk en belichten een fijnmazige veelheid van systeemtheoretische perspectieven en therapeutische ingangen. Ze bieden praktijkgerichte handvatten voor de systeemtherapeutische praktijk met kinderen en jongeren
Sign up to our newsletter and receive discounts and inspiration for your next reading experience.
By signing up, you agree to our Privacy Policy.